De intieme pianowereld van Erik Satie en John Cage door Bertrand Chamayou

Er lijken op het eerste gehoor misschien weinig raakvlakken te zijn, maar volgens de Franse pianist Bertrand Chamayou hebben Erik Satie (1866-1925) en John Cage (1912-1992) veel met elkaar gemeen.

Hij nam een album op met ‘brieven’ aan de twee componisten die met hun grensverleggende ideeën en composities de opvattingen over modern-klassieke muziek radicaal omgooiden.

Bertrand Chamayou noemt het tweetal “UFO’s in de wereld van muziek” omdat ze muziek door “een heel ander prisma” bekeken.

Chamayou brengt met zijn album ‘Letter(s) to Erik Satie’ een eerbetoon aan deze eigenzinnige, vernieuwende en invloedrijke componisten: de een geboren in Normandië in 1866 en de ander in Los Angeles in 1912. Er bestaat een sterke band tussen hen – Cage zag Satie als een bron van inspiratie. Satie neemt een belangrijke plaats in op het album met onder meer zijn drie ‘Gymnopédies’ en zeven ‘Gnossiennes’. Cage wordt geëerd met vijf van zijn stukken en een aan hem toegeschreven werk, het mijmerende ‘All Sides Of The Small Stone, for Erik Satie’. Het album opent met dit stuk, ‘herontdekt’ in het archief van zijn leerling James Tenney (1934–2006), wiens muzikale eerbetoon aan Satie, ‘3 Pages In The Shape Of A Pear (In Celebration Of Erik Satie)’, ook op het programma staat.

Erik Satie is bij het grote publiek vooral bekend vanwege zijn ontspannende muziek, zoals ‘Trois Gymnopédies’. Een ander bekend werk van hem zijn de ‘Gnossiennes’, pianocomposities uit de late negentiende eeuw die zich kenmerken door hun experimentele vorm, ritme en akkoordstructuur. Ze kunnen naar eigen inzicht vrij worden uitgevoerd, zonder vaste maatsoorten of maatverdelingen. Hoewel ze een vreemde en bijna onwerkelijke sfeer oproepen, zijn ze minder dromerig en eerder spanningsvol dan de ‘Gymnopédies’.

Van een totaal ander kaliber, maar tegelijk ook weer niet, is het werk van de Amerikaanse avantgardist John Cage. Een van zijn meest bekende statements over muziek is ‘4’33’ uit 1952: vier minuten en drieëndertig seconden lang het geluid van de straat, het gezang van vogels en het publiek. Cage was een Zen-boeddhist, zonder wie het hele begrip ambient nooit had bestaan en aan wie de latere pop-experimentalist Brian Eno schatplichtig is.

De genoemde invalshoeken en muzikale kleuren zijn allemaal te vinden op het album ‘Letter(s) to Erik Satie’. Maar er is meer, zoals het industriële klankdicht ‘A Room van John Cage’, gevolgd door de minimale getijdenstromingen in ‘In A Landscape’, ook van hem, evenals het hoekige ‘Swinging’. Bertrand Chamayou verbindt al deze paletten kundig en inlevend met elkaar; zijn aanslag is afwisselend krachtig en robuust, dan weer teder als een intieme streling.

‘Letter(s) to Erik Satie’ is sowieso een intiem album. Dat is ook wat Bertrand Chamayou beoogde, echt intiem te worden met de piano. En dat doet hij, vanaf de eerste tonen van het al genoemde ‘All Sides Of The Small Stone’, tot het moment dat 70 minuten later de laatste noten wegsterven van ‘Dream’ van John Cage, de afsluiter. ‘Dream’ (1948) werd geschreven als pianobegeleiding bij een ballet van de Amerikaanse choreograaf Merce Cunningham. De muziek volgt een ritmisch-choreografische structuur en gebruikt een vast klankenspectrum. Door de hele compositie resoneren tonen, zacht en meditatief, die verwijzen naar de impressionistische muziek van Erik Satie, maar ook doen denken aan het latere minimalisme van Philip Glass en anderen.

Zo schreef John Cage met ‘Dream’ een brief aan zijn voorganger Erik Satie en bood hij tegelijkertijd een blik op de toekomst. Verleden, heden en toekomst zijn op ‘Letter(s) to Erik Satie’ onlosmakelijk met elkaar verbonden en mooi en intiem ingekleurd.

Bertrand Chamayou – Letter(s) to Erik Satie
Erato | Warner Classics