Richard Strange

RiChARd STRANGE

‘Muziek is net voedsel,
je moet het leren eten’

Doctor Of Madness, multi-media artiest, Cabaret Futura-inspirator en film-acteur. De carrière van de om en nabij 33-jarige Richard Strange is even bizar en veelzijdig als de songs op de debuutelpee Going-Gone van zijn recente project The Engine Room. OOR grasduinde in de vele levens van de Kid die al in 1974 met blauwgeverfde haren in de straten van Londen opzien baarde.

door C. CORNELL EVERS foto ANTON CORBIJN

‘Ik wil mezelf niet op de borst slaan. Maar ik was wel een van de eersten die dat deed, jaren voordat het ìn werd.’ De helrode pet op zijn hoofd geeft aan dat Richard Strange dertien jaar later nog immer een hang naar het bijzondere heeft.
De temperatuur in de hotelkamer is behaaglijker dan in de Amsterdamse sleep-in waar Strange en danseres Rene Eyre een uurtje eerder voor VARA’s Antipasta de single The Lion’s Den mochten playbacken. Op het tafeltje tussen ons staan twee bekertjes en een fles uitstekende cognac, afkomstig uit Richards reistas. Het interview kan beginnen. Maar eerst dit:
Het zou nog twee jaar duren voordat de punk in alle hevigheid losbarstte toen Richard als Kid Strange met violist/gitarist Urban Blitz, bassist Stoner en slagwerker Peter Di Lemma het energiek-melodieuze album Doctors Of Madness opnam. Hoewel de Doctors voor veel punkers van het eerste uur een bron van inspiratie vormden, hielden Strange c.s. het zelf in 1978 voor gezien. De nalatenschap bevatte behalve de debuutelpee ook nog de albums Late Night Movies, All Night Brainstorms en Sons Of Survival, alledrie platen die in 1987 nog alleszins de moeite van het beluisteren waard zijn. Strange was niet overtuigd van de intenties die de punk stuurden. Voor hem was de stroming te destructief.
‘Er ging zo’n negativiteit van uit. De algehele houding was voor mij te nihilistisch. Wat moet ik met The Sex Pistols die de song Anarchy In The UK eindigen met het woord destroy? The Clash predikte een White Riot. Alleen vergaten ze erbij te vermelden waarvoor die moest dienen.’
Toch sloot de muziek van de Doctors Of Madness erg aan bij de energie van de punk.
‘Dat klopt. Er waren heel veel fundamentele overeenkomsten. Wat de Doctors deden was een reactie op al die afschuwelijke dingen die toen zo in waren: Jackson Browne, The Eagles. Dat was zó blasé, alleen maar gericht op zelfbevrediging, heel introvert. De Doctors speelden city-muziek, agressief en hard!’

 

 

 

 

 

 

 

In de naam van Jezus Christus zijn de meest afschuwelijke dingen gedaan, zijn hele culturen weggevaagd.

 

CABARET FUTURA

In 1978 stopte je met de Doctors. Je deed Cabaret Futura, een performance tijdens Pandora’s Box en dat was het. Althans wat wij in Nederland van je te horen kregen.
‘Ik wist al tijdens de Cabaret Futura-periode wat voor soort plaat ik wilde maken. Dat het zo lang geduurd heeft ligt aan het feit dat ik het project wat ik in gedachten had zo goed mogelijk wilde uitvoeren. Samen met Rene heb ik in die tijd ook nog eens twee Amerikaanse tournees gedaan. Alleen wij tweeën, met veel dans, dia-projecties en video.’
Wat was het idee achter Cabaret Futura?
‘Ik wilde een ontmoetingsplaats creëren waar mensen uit allerlei disciplines zouden komen. In heel Londen was er niet een zo’n plek. In New York had ik gezien dat als verschillende soorten mensen elkaar konden treffen, dat heel inspirerend kon werken. Ik begon Cabaret Futura eind 1980. Een avond per week konden mensen uit de rock-muziek, performance-artiesten, dansers, schilders en video-makers elkaar ontmoeten in Cabaret Futura. Voor velen was dat iets totaal nieuws. Plotseling ontdekten mensen weer hun eigen creativiteit. De muziek en de kunst in het bijzonder zijn door een dal gegaan toen de energie die de punk teweeg had gebracht weg was geëbd. De energie was weg, de nihilistische houding was gebleven. Het gevolg was een erg vervelende grijze muziek. In 1980 kropen de mensen weer uit hun schulp. Toen ik Cabaret Futura runde heb ik zo’n zes of zeven van de musici leren kennen die nu op Going-Gone meespelen. En degene die de video van de tweede Engine Room single Damascus heeft gemaakt. Cabaret Futura was een smeltkroes van activiteiten. Sinds de jaren zestig was het niet meer voorgekomen dat een dansgroep kon optreden in een rock-club.’
Een vermenging van tradities. Was dat ook de opzet van The Engine Room?
‘Zo ongeveer, ja. Ik wilde een plaat maken waarop de digitale technologie van drummachines en synthesizers zou fuseren met akoestische instrumenten en authentieke muzieksoorten uit verschillende delen van de wereld. Ik wilde muziek maken die níet in een stilistische formule zou blijven steken. Dat gebeurt al veel te veel. Succesvolle bands zijn vaak verre van avontuurlijk doordat ze gewoon bang zijn om eens iets anders te proberen.’

KATTENGEJANK

Naar welke gebieden gaat je voorkeur uit met betrekking tot de muziek?
‘Het Midden-Oosten. Absoluut! Die muziek is erg melancholiek, wat niet hetzelfde is als treurig. Het muzikale spectrum waarvan zij gebruik maken geeft de sound iets heel speciaals. Het is heel emotionele muziek.’
Kattengejank volgens velen hier.
‘Ik weet het. Muziek is net voedsel. Je moet het leren eten. Maar vooral in het Westen heerst er een bijna natuurlijke afkeer van alles wat afkomstig is uit een zogenaamd onderontwikkeld land. Wij maken onszelf graag wijs dat we meer ontwikkeling hebben. Daarbij wordt dan de technologische voorsprong verward met het peil waarop de cultuur staat. Onze muziek is beter opgenomen: technisch! Daar komt bij dat de Westerling hooguit drie of vier minuten echt aandacht kan opbrengen voor een song. De muziekstukken uit het Midden-Oosten duren veel langer, zijn ook meer lichamelijk, door de combinatie met dans. Er wordt daar minder in vakjes gedacht. De muziek maakt deel uit van een ritueel, heeft vaak iets religieus.’
Dat religieuze aspect vind ik ook terug op Going-Gone. Er zijn duidelijke referenties.
‘Going-Gone is een erg katholieke elpee geworden, door het schuldgevoel in de songs, de rituele elementen. Ik heb een spirituele elpee willen maken, omdat ik vind dat dat element jammer genoeg bijna helemaal uit de popmuziek verdwenen is. Popmuziek is erg kil geworden. Going-Gone durft voor fouten uit te komen, toont respect voor tradities, rituelen, religie. Zonder dat het een religieuze plaat is.’
De hoes barst anders van de religieuze afbeeldingen.
‘Natuurlijk. Er worden tegenwoordig te weinig hoezen gemaakt die iets over de inhoud zeggen. Het is òf een moody groepsfoto van de band, òf een glamour-portret òf een grafische voorstelling. Advertenties! Going-Gone verbindt de oude en nieuwe religie met elkaar, het spirituele met de techniek. Ken je Italië? Daar staan overal langs de weg van die kleine kapelletjes met een icoon of een kruisbeeld of iets dergelijks. Heel veel mensen leggen daar van alles neer. Vaak weten ze het oorspronkelijke idee achter die beelden niet meer, maar wat ze wel weten is dat er een bepaalde kracht van uitgaat. Waren het vroeger bloemen of voedsel die men neerlegde, tegenwoordig zijn het vaak foto’s. Of zelfs kleine dingetjes als een stuk van een radio, een batterij. Dat beeld, die ontwikkeling heb ik met de hoes willen weergeven.’
Heb je zelf religieuze gevoelens?
‘Alleen als ik in de kerk ben. En dat ben ik soms, als toerist. De architectuur van kerken is vaak erg mooi. Of er zijn prachtige schilderijen en beelden. Als je door die vaak kleine deurtjes naar binnen gaat en je staat vervolgens in zo’n prachtig gebouw begint er ergens binnen in je een zenuw te werken. En hoewel ik geen katholiek ben voel ik dan hoeveel geloof kan bewerkstelligen.’
Niet alleen in positieve zin. In The Lion’s Den ben je weinig te spreken over de georganiseerde godsdienst.
‘Inderdaad. In de naam van Jezus Christus zijn de meest afschuwelijke dingen gedaan, hele culturen weggevaagd. Daar gaat The Lion’s Den over: over mensen die in de ene hand een kruis en in de andere een zwaard klemmen.’
Ben jij zelf godsdienstig opgevoed?
‘Nee, jammer genoeg niet. Dan had ik tenminste als volwassene niet met al die tegenstrijdige gevoelens te maken gehad en ze gewoon net als iedereen op 15-jarige leeftijd kunnen verwerpen.’
Fear Is The Engine zing je op Going-Gone. Angst als motivatie?
‘Precies. Volgens mij zijn de twee belangrijkste zaken waardoor mensen zich laten leiden liefde en angst. In een oorlogssituatie bijvoorbeeld vecht iemand of uit liefde voor zijn vaderland of uit angst dat hij er anders aangaat. Het zijn vooral deze twee die een individu kunnen doen besluiten tot actie over te gaan.’

PORNOGRAAF

Je bent de laatste jaren als acteur actief. Ervaar je dat als iets heel anders dan met popmuziek bezig zijn?
‘Sinds ik als acteur werk is het me pas echt opgevallen hoe eenzijdig popmuziek is. Er is geen enkele andere kunstvorm die zo eenkennig is. Als popmuzikant word je verondersteld één soort werkwijze te hebben, één image. Men verwacht dat al je platen in elkaars verlengde liggen. Dat is met een acteur of performer totaal anders. Niemand zal zich druk maken over het feit dat hij in films die na elkaar gedraaid worden totaal van elkaar verschillende karakters speelt. Men begrijpt dat je in een rol kruipt.’
Zelf speel je onder anderen in Neil Jordans Mona Lisa, naast Michael Caine en Bob Hoskins. De film is in Engeland erg succesvol maar hier nog niet te zien. Wat kun je over Mona Lisa vertellen?
‘Op de eerste plaats dat je hem moet gaan zien. Je weet misschien dat Neil Jordan met zijn vorige film Company Of Wolves een enorme culthit had in Engeland en Amerika. Of dat in Nederland ook zo was weet ik niet.’
De film heeft hier nauwelijks gedraaid en staat bij de videotheken ten onrechte onder de noemer horror geclassificeerd.
‘Precies. Het is ook veel meer een Gothische film dan een horror-film. Door de enorme positieve reacties van vooral de critici kreeg Neil een flink budget voor Mona Lisa, zodat deze met ster-acteurs gemaakt kon worden. Michael Caine dus. En Bob Hoskins.’
En wat voor rol speelt Richard Strange in Mona Lisa?
‘Een pornograaf die Dostojevski leest.’

OOR 7 februari 1987