De Griekse componist Mikis Theodorakis gaf de wereld ‘Zorba de Griek’ en deed hele volksstammen toeristen de sirtaki dansen. Maar er was meer dan alleen maar filmmuziek. Vandaag, op de dag van het bericht van zijn overlijden, licht ik er twee composities uit die mijn leven sterk hebben bepaald: ‘Mauthausen Trilogy’ (ook wel: ‘Mauthausen Cantata’) en ‘Canto General’.
Mikis Theodorakis is verscheidene malen gearresteerd en gevangen gezet, eerst tijdens de nazi-bezetting, later tijdens het monarchistische en het kolonelsbewind in zijn geboorteland Griekenland. Dat beïnvloedde de muziek die hij schreef en de onderwerpen die hij daarvoor uitzocht. In de liederenserie ‘Mauthausen’, op poëzie van de schrijver Iákovos Kambanéllis, herdacht de componist de gevangenen die tijdens de tweede wereldoorlog zijn omgekomen (ca. 70.000) in het vernietigingskamp dat de nazi’s in het Oostenrijkse Mauthausen hadden ingericht. Liesbeth List zong ze in een Nederlandse vertaling (in feite: hertaling) van Lennaert Nijgh. De Griekse zangeres Maria Farandouri, voor wier stem Theodorakis de cyclus schreef, zingt ze op het album ‘The Ballad Of Mauthausen’ (EMI Greece) in haar eigen en Theodorakis’ landstaal. Het zijn liederen waarin melancholie doorklinkt en hoop, hoop op een toekomst na de oorlog, waar er liefde is, “midden op de dag, op alle plaatsen des doods, totdat diens schaduw verdwijnt”.
Mikis Theodorakis was de man van het grote theatrale gebaar, zoals ‘Canto General’ laat horen. Dit oratorium is gebaseerd op het epische gedicht met dezelfde naam uit 1950 van de Chileense dichter en diplomaat Pablo Neruda (1904-1973). Zelf noemde de componist ‘Canto General’ “een gospel van onze tijd” en “een gedicht gemaakt onder de vlag van de wereldrevolutie, de revolutie van alle mensen die vrijheid moet brengen, onafhankelijkheid en democratie.” Het was 1972 en Theodorakis woonde in Parijs, net als zovele van zijn landgenoten die zich verzetten tegen de militairen die Griekenland regeerden.
Twee decennia later, in 1992, schreef Mikis Theodorakis de symfonisch-orkestrale suite ‘Canto Olympico’, in opdracht van het Internationaal Olympisch Comité. Het werk kende drie solisten: een tenor (Vangelis Hadjissimos), een bariton (Frangiskos Voutsinos) en een pianiste (Elena Mouzala). Zij brachten samen met koor en orkest een dichterlijk-hymnische hulde aan de Olympische gedachte én aan de ziel van het Griekse volk dat de Spelen uiteindelijk had voortgebracht.
Een halve eeuw nadat Mikis Theodorakis ‘Canto General’ schreef lijkt een revolutie die alle mensen vrijheid, onafhankelijkheid en democratie moet brengen, verder weg dan ooit. Gelukkig is er de muzikale erfenis van een groot componist en politiek activist, die helpt het vuur van de hoop brandend te houden.
Griekenland heeft drie dagen van nationale rouw afgekondigd.